Statuten Volkstuinvereniging Bodegraven

De statuten van de Volkstuinvereniging Bodegraven vormen de basis voor ons functioneren en onze gemeenschappelijke doelstellingen. Deze pagina biedt inzicht in de regels en richtlijnen die onze vereniging aansteken en de verantwoordelijkheden van onze leden. Het is van cruciaal belang dat iedereen die betrokken is bij de volkstuinvereniging op de hoogte is van deze statuten, zodat we samen kunnen werken aan een bloeiende en harmonieuze tuinomgeving.

Doel van de Volkstuinvereniging

De Volkstuinvereniging Bodegraven heeft als hoofddoel het bevorderen van de groenvoorziening en het tuinieren in de regio Bodegraven. Door het aanbieden van tuinperken aan onze leden, stimuleren we niet alleen de liefde voor de natuur en de tuinbouw, maar creëren we ook een sterke gemeenschap van gelijkgestemde mensen. Onze statuten zijn ontworpen om de rechten en plichten van de leden te waarborgen en om een veilige en respectvolle omgeving te creëren voor iedereen die deelneemt aan de activiteiten van de vereniging.

Lidmaatschap en verantwoordelijkheden

In onze statuten zijn de voorwaarden voor lidmaatschap duidelijk gedefinieerd. Elk lid heeft de verantwoordelijkheid om zijn of haar tuinperkje te onderhouden, deel te nemen aan gezamenlijke evenementen en bij te dragen aan een positieve sfeer binnen de vereniging. Dit omvat het respecteren van de regels zoals vastgelegd in de statuten, die bedoeld zijn om het welzijn van alle leden te waarborgen. Daarnaast hebben leden het recht om hun stem uit te brengen tijdens de algemene ledenvergaderingen, waar belangrijke beslissingen over de vereniging worden genomen. Het is essentieel dat alle leden op de hoogte zijn van hun verantwoordelijkheden en de mogelijkheden die het lidmaatschap met zich meebrengt.

Veranderingen en aanpassingen van de statuten

De statuten van de Volkstuinvereniging Bodegraven zijn niet in steen gebeiteld. Wij begrijpen dat de behoeften van onze leden en de omstandigheden rondom ons kunnen veranderen. Daarom is er een procedure opgenomen voor het wijzigen van de statuten. Wijzigingen kunnen worden voorgesteld door leden en worden besproken tijdens de algemene ledenvergaderingen. Het is belangrijk dat alle leden betrokken zijn bij deze discussies, zodat we de vereniging kunnen blijven ontwikkelen in lijn met de wensen van onze gemeenschap. Door samen te werken aan aanpassingen aan de statuten, zorgen we ervoor dat de Volkstuinvereniging Bodegraven een dynamische en inclusieve organisatie blijft.

1
 STATUTEN van de Volkstuinvereniging Bodegraven

 

Op zeven en twintig juli tweeduizend drie en twintig verschenen voor mij, mevrouw
mr Saskia Catharina Maria Verbrugge, toegevoegd notaris, bevoegd om akten te
passeren in het protocol van mr Leendert Teunis ter Wal, notaris te Bodegraven,
gemeente Bodegraven-Reeuwijk: ______________________________________________________________
A. de heer Adrianus Johannes Beens, geboren te Bodegraven op zevenentwintig
september negentienhonderdachtenveertig, wonende te 2411 JC Bodegraven,
gemeente Bodegraven-Reeuwijk, Emmakade 43, ongehuwd en geen geregistreerd
partner; en_
B. de heer Pieter van Kooten, geboren te Bodegraven op acht augustus
negentienhonderdtweeënveertig, wonende te 2411 VT Bodegraven, gemeente
Bodegraven-Reeuwijk, Willem de Zwijgerstraat 71, gehuwd,
welke comparanten verklaarden te handelen voor en ten behoeve van de statutair
te Bodegraven gevestigde vereniging: “Volkstuinvereniging Bodegraven”,
kantoorhoudende te 2411 VT Bodegraven, Willem de Zwijgerstraat 71,
(handelsregister 40465237), hierna ook te noemen: "de vereniging",
en wel in hun hoedanigheid van (op grond van de huidige statuten van de
vereniging) tot het verlijden van deze akte bevoegd bestuurders van de vereniging.
De comparanten, handelend als gemeld, verklaarden:
VOORAF
I. De vereniging is op zeven en twintig november negentienhonderd twee en
zeventig (als informele vereniging) opgericht.
II. De statuten van de vereniging zijn laatstelijk gewijzigd en voor het eerst notarieel
vastgelegd bij akte op drie april negentienhonderd vijf en tachtig voor de heer
A.A. Waverijn, destijds notaris te Bodegraven verleden.
III. Met inachtneming van alle wettelijke en statutaire vereisten, werd in een
Algemene Leden Vergadering van de vereniging besloten tot de onderhavige
statutenwijziging. Van voormelde vergadering zijn notulen opgemaakt, waarvan
een kopie aan deze akte zal worden gehecht.
STATUTENWIJZIGING
De comparanten, handelend als gemeld, verklaarden ter uitvoering van voormeld
besluit, de statuten van de vereniging integraal te wijzigen, zodat deze na onderhavige
statutenwijziging komen te luiden als volgt:
Artikel 1.
Naam, zetel, oprichting.
1. De vereniging draagt de naam: Volkstuinvereniging Bodegraven.
2. De vereniging heeft haar statutaire zetel in de gemeente Bodegraven-Reeuwijk.
Artikel 2.
Doel en middelen.
1. De vereniging stelt zich ten doel het uitoefenen en bevorderen van het tuinieren als
amateur in de ruimste zin des woords, alsmede het voorzien in een recreatiegebied
voor haar leden.
2. Zij tracht dit doel te bereiken door:
a. het trachten te verkrijgen van geschikt terrein bestemd voor volkstuinen met
een permanent karakter;
b. het geven van voorlichting betreffende het tuinieren als amateur;                                                                        c. het aankopen van zaden, planten en andere tuinbenodigdheden ten behoeve
van haar leden;
d. alle andere wettige middelen, die het bereiken van het doel kunnen
bevorderen.
Artikel 3.
Boekjaar/Verenigingsjaar.
1. Het boekjaar is tevens het verenigingsjaar.
2. Het verenigingsjaar loopt van één januari tot en met één en dertig december.
Artikel 4.
Leden.
1. De leden van de vereniging zijn natuurlijke personen. Zij worden onderscheiden in:
a. gewone leden;
b. leden van verdienste;
c. ereleden;
d. wachtlijstleden;
e. ondersteunde leden;
f. donateurs.
2. Leden kunnen zijn, zij die als zijnde natuurlijk persoon (met uitzondering van
ondersteunende leden en donateurs die ook rechtspersoon kunnen zijn) door het
bestuur een tuin in gebruik hebben gekregen, die (bij voorkeur) woonachtig zijn in
de gemeente Bodegraven (tenzij het bestuur wegens gegronde redenen anders
besluit).
3. Leden van verdienste kunnen zijn, zij die als zijnde natuurlijk persoon op voorstel
van het bestuur, op grond van hun bijzondere verdiensten jegens de vereniging
door de algemene vergadering als zodanig worden benoemd.
4. Ereleden kunnen zijn, zij die als zijnde natuurlijk persoon zonder lid te zijn van de
vereniging, op voorstel van het bestuur, op grond van hun bijzondere verdiensten
jegens de vereniging door de algemene vergadering alszodanig worden benoemd.
5. Wachtlijstleden kunnen zijn, zij die als zijnde natuurlijk persoon door het bestuur
nog geen tuin in gebruik hebben ontvangen en die op hun verzoek als wachtlijst
lid door het bestuur zijn toegelaten.
6. Ondersteunende leden kunnen zijn, zij die als zijnde natuurlijk- of rechtspersoon
zich bij bestuur als zodanig hebben aangemeld en daarna als ondersteunend lid
zijn toegelaten, en die zich jegens de vereniging hebben verplicht om jaarlijks
tenminste een door de algemene vergadering vastgestelde minimum bijdrage in de
verenigingskas te storten. Ondersteunende leden hebben geen andere rechten en                           verplichtingen dan die, welke hun bij of krachtens de statuten zijn toegekend of
opgelegd.
7. Donateurs kunnen zijn zij, die zich bereid verklaard hebben de vereniging
financieel te steunen.
Artikel 5.
Verkrijging Lidmaatschap.
1. Het lidmaatschap kan worden verkregen door een door de vereniging
voorgeschreven aanmeldingsformulier volledig ingevuld bij een bestuurslid in te
leveren; waarna het bestuur besluit over toelating. Minderjarigen dienen bij hun
aanvraag een schriftelijke toestemming over te leggen van de persoon, die de
macht uitoefent over de minderjarige.
2. Als bewijs van toelating wordt het aanstaande lid door een bestuurslid welkom
geheten.
Het lidmaatschap vangt aan door aanmelding bij de secretaris of penningmeester.
3. Tegen niet-toelating door het bestuur staat beroep open bij de Algemene
Vergadering, welke alsnog tot toelating kan besluiten.
4. Het lidmaatschap is persoonlijk en derhalve niet vatbaar voor overdracht of
overgang.
Artikel 6.
Einde lidmaatschap.
1. Het lidmaatschap eindigt:
a. door de dood van het lid;
b. door schriftelijke opzegging van het lid aan het bestuur;
c. door opzegging namens de vereniging, door het bestuur;
d. door ontzetting, zoals bedoeld in lid 9.
2. Opzegging van het lidmaatschap door het lid kan slechts tegen het einde van het
verenigingsjaar en met inachtneming van een opzegtermijn van vier (4) weken.
3. Een opzegging in strijd met het bepaalde in lid 2 van dit artikel doet het
lidmaatschap eindigen op het vroegst toegelaten tijdstip, volgende op de datum
waartegen was opgezegd.
4. Een lid is niet bevoegd door opzegging van zijn lidmaatschap een besluit, waarbij
de verplichtingen van de leden van geldelijke aard zijn verzwaard, te zijnen
opzichte uit te sluiten.
5. Tot opzegging namens de vereniging kan worden besloten wanneer een lid heeft
opgehouden aan de vereisten voor het lidmaatschap bij de statuten gesteld te
voldoen, wanneer hij zijn verplichtingen jegens de vereniging niet nakomt, alsook
wanneer redelijkerwijs niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten
voortduren.                                                                                                                                                                          6. Van een besluit tot opzegging van het lidmaatschap door de vereniging op grond
dat redelijkerwijs van de vereniging niet gevergd kan worden het                                                            lidmaatmaatschap te laten voortduren, staat de betrokkene binnen een maand na
ontvangst van de kennisgeving van het besluit beroep open bij de algemene
vergadering. Hij wordt daartoe ten spoedigste schriftelijk van het besluit me
opgave van redenen in kennis gesteld. Gedurende de beroepstermijn en hangende
het beroep is het lid geschorst.
7. Het bestuur draagt er zorg voor dat leden de voor opzegging van het lidmaatschap
noodzakelijke informatie eenvoudig kunnen raadplegen. De informatie wordt in
ieder geval opvallend vermeld op de website en/of is makkelijk toegankelijk via
andere communicatiemiddelen.
8. In de gevallen genoemd in lid 1 onder a, c en d van dit artikel, eindigt het
lidmaatschap onmiddellijk.
9. Ontzetting (royement) kan alleen worden uitgesproken indien een lid in ernstige
mate in strijd met de statuten, reglementen en/of besluiten van de organen van de
vereniging handelt, of de vereniging op onredelijke wijze benadeelt.
Ontzetting (royement) kan slechts door het bestuur worden uitgesproken.
Nadat het bestuur tot ontzetting (royement) heeft besloten, wordt het betrokken lid
ten spoedigste door middel van een aangetekend schrijven van het besluit, met
opgave van redenen, in kennis gesteld. De betrokkene is bevoegd binnen één
maand na ontvangst van deze kennisgeving in beroep te gaan bij de algemene
vergadering, die in haar eerstvolgende vergadering met meerderheid beslist.
Gedurende de beroepstermijn en hangende het beroep is het lid geschorst, met
dien verstande dat de betrokkene voor het voeren van verweer toegang heeft tot de
eerstvolgende algemene vergadering en bevoegd is aldaar het woord te voeren. De
betrokkene is tevens bevoegd zich in bedoelde vergadering door een raadsman te
doen bijstaan, uitsluitend ter bepleiting van herroeping van het besluit tot
ontzetting.
Artikel 7.
Donateurs.
1. Donateurs zijn natuurlijke personen of rechtspersonen, die zich bereid verklaard
hebben de vereniging, eenmalig of structureel, financieel of anderszins te steunen
en die als zodanig door het bestuur als donateur zijn toegelaten.
2. Donateurs zijn geen leden in de zin der wet en hebben geen stemrecht en geen
andere rechten en verplichtingen dan die welke hun bij of krachtens de statuten of
reglementen van de vereniging zijn toegekend en opgelegd.
3. Het donateurschap eindigt:
a. door opzegging namens de vereniging, door het bestuur;
b. door het overlijden van de donateur, zijnde een natuurlijk persoon;
c. wanneer een donateur, zijnde een rechtspersoon, ophoudt te bestaan;
d. door opzegging door de donateur behoudens dat de toegezegde donatie over
het lopende boekjaar voor het geheel blijft verschuldigd.
Artikel 8.
Verplichtingen van de leden.
1. De leden en de buitengewone leden zijn verplicht tot betaling van een jaarlijkse
contributie, waarvan de hoogte wordt vastgesteld door het bestuur.
2. De wachtlijstleden zijn verplicht eenmalig een wachtlijstbijdrage en inschrijfgeld
te betalen waarvan de hoogte wordt vastgesteld door het bestuur.                                                                           3. Het bestuur is bevoegd in bijzondere gevallen gehele of gedeeltelijke ontheffing
van de contributie te verlenen.
4. Alle leden zijn verplicht tot naleving van de bepalingen van de Statuten,
reglementen en besluiten van de vereniging. Leden kunnen afwijken van delen van
het reglement, indien het bestuur zulks met geronde redenen goedkeurt.
Artikel 9.
Wachtlijstleden.
1. Wachtlijstleden zijn gehouden tot het eenmalig betalen van een wachtlijstbijdrage
en inschrijfgeld, waarvan de hoogte wordt bepaald door het bestuur.                                                               aanvraag
2. Het verzoek om tot wachtlijstlid te worden toegelaten houdt tevens een aanvraag                                        voor het lidmaatschap van de vereniging in.
3. Wachtlijstleden worden op het moment waarop aan hen door het bestuur een tuin
wordt toegewezen automatisch lid van de vereniging, tenzij zij uiterlijk veertien
dagen na de datum van toewijzing schriftelijk aan het bestuur te kennen hebben
gegeven geen lid te willen worden.
4. Wachtlijstleden hebben geen andere rechten en verplichtingen dan die welke hun
bij of krachtens de statuten zijn toegekend en opgelegd.
5. Wachtlijstleden hebben geen stemrecht, maar kunnen de algemene vergadering
bijwonen en daar het woord voeren, mits met toestemming van het bestuur.
6. Tenzij het bestuur in individuele gevallen anders beslist, kunnen wachtlijstleden
aan alle door de vereniging georganiseerde activiteiten deelnemen.                                                                     Het wachtlijstlidmaatschap kan te allen tijde met onmiddellijke ingang namens de
vereniging of door het betreffende wachtlijstlid door opzegging worden beëindigd.
8. Opzegging namens de vereniging geschiedt door het bestuur dat tevens beslist
over toelating met overeenkomstige toepassing van artikel 6.
Artikel 10.
Het Bestuur.
1. De leiding van de vereniging berust bij het bestuur dat bestaat uit een door de ____
Algemene Vergadering te bepalen aantal van ten minste vijf meerderjarige leden._
2. Bestuursleden moeten lid van de vereniging zijn. _______________________________________
3. Bestuursleden worden voor twee jaren door de Algemene Vergadering gekozen, _
en zijn na aftreden terstond herkiesbaar. De benoeming van bestuursleden _________
geschiedt door verkiezing uit één of meer voordrachten door het bestuur of door _
de leden. Een voordracht door het bestuur dient bij de oproeping voor de __________
vergadering te worden medegedeeld. Een voordracht door de leden dient bij ______
voorkeur voor de aanvang van de vergadering schriftelijk bij het bestuur te worden
ingediend. ___________________________________________________________________________________
4. Het bestuur dient ten minste te bestaan uit een voorzitter, een secretaris en een ___
penningmeester, welke het bestuur uit zijn bestuursleden benoemd. _________________
5. Bij een vacature in het bestuur wordt binnen twee maanden een Algemene ________
Vergadering gehouden ter vervulling daarvan, tenzij het bestuur besluit met de ___
vervulling te wachten tot de eerstvolgende door het bestuur voorgenomen _________
Algemene Vergadering. ____________________________________________________________________
Tijdens het bestaan van een of meer vacatures geldt het bestuur als volledig _______
samengesteld. ________________________________________________________________________________
Bij verhindering van een bestuurslid wordt diens functie door een door het bestuur
aan te wijzen ander bestuurslid zo nodig waargenomen met inachtneming van het
bepaalde in lid 5 van dit artikel. ___________________________________________________________
Bij ontstentenis of belet van alle bestuurders wijst de Algemene Vergadering een
of meer personen aan, die tijdelijk met het bestuur zijn belast. Deze Algemene ___
Vergadering kan door ieder lid van de vereniging worden bijeengeroepen. _________
De Algemene Vergadering dient zo spoedig mogelijk in de vacatures te voorzien.
6. Het bestuurslidmaatschap eindigt door: __________________________________________________
a. het niet meer voldoen aan lid 2 van dit artikel; _____________________________________
b. het tussentijds terugtreden; ___________________________________________________________
c. het verstrijken van de zittingsperiode; _______________________________________________
d. een daartoe strekkend besluit van de Algemene Vergadering. ___________________
Artikel 11. _________________________________________________________________________________________
Bestuursvergaderingen en besluitvorming. ___________________________________________________
1. Het bestuur vergadert zo dikwijls als een meerderheid van het bestuur het nodig of
wenselijk acht._______________________________________________________________________________
2. Het bestuur kan ook buiten de bestuursvergadering besluiten nemen, indien geen
bestuurslid zich tegen deze wijze van besluitvorming verzet en alle bestuursleden
aan deze besluitvorming deelnemen. _____________________________________________________
3. a. Alle besluiten worden genomen met meerderheid van de uitgebrachte geldige
stemmen, mits voor wat de in vergadering genomen besluiten betreft de ______
meerderheid van de in functie zijnde bestuursleden aanwezig is. ________________
6
b. Blanco stemmen zijn ongeldig. ______________________________________________________
4. Over elk voorstel wordt afzonderlijk en mondeling gestemd, tenzij de voorzitter of
een ander bestuurslid anders wensen. ____________________________________________________
5. a. Het door de voorzitter uitgesproken oordeel dat het bestuur een besluit heeft _
genomen, is beslissend. Hetzelfde geldt voor de inhoud van een genomen ____
besluit, voor zover gestemd werd over een niet schriftelijk vastgelegd ________
voorstel. _________________________________________________________________________________
b. Wordt echter onmiddellijk na het uitspreken van het onder a bedoelde oordeel
de juistheid daarvan betwist, dan wordt zo nodig het te nemen besluit _________
schriftelijk vastgelegd en vindt een nieuwe stemming plaats, indien een ______
bestuurslid dit verlangt. Door deze nieuwe stemming vervallen de _____________
rechtsgevolgen van de oorspronkelijke stemming. ________________________________
6. Van het verhandelde in elke vergadering worden door de secretaris notulen _______
opgemaakt, die door de voorzitter en de secretaris worden vastgesteld en __________
ondertekend. ________________________________________________________________________________
7. Een bestuurder neemt niet deel aan de beraadslaging en besluitvorming indien hij
daarbij een direct of indirect persoonlijk belang heeft dat tegenstrijdig is met het _
belang van de vereniging. _________________________________________________________________
8. Bij huishoudelijk reglement kunnen nadere regelen aangaande de vergaderingen _
van en de besluitvorming door het bestuur worden gegeven. __________________________
Artikel 12. _________________________________________________________________________________________
Jaarverslag en rekening en verantwoording. __________________________________________________
1. Het bestuur is verplicht van de vermogenstoestand van de vereniging zodanig ____
aantekeningen te houden dat daaruit te allen tijde haar rechten en verplichtingen _
kunnen worden gekend. ____________________________________________________________________
2. Het bestuur brengt op een algemene vergadering binnen zes (6) maanden na ______
afloop van het boekjaar, behoudens verlenging van deze termijn door de algemene
vergadering, zijn bestuursverslag (jaarverslag) uit en doet, onder overlegging van
een balans en een staat van baten en lasten, rekening en verantwoording over zijn
in het afgelopen boekjaar gevoerd bestuur. Deze stukken dienen door alle _________
bestuurders te worden ondertekend. Indien de ondertekening van één van hen ____
ontbreekt, dient hiervan onder opgave van redenmelding te worden gemaakt. Na _
verloop van de termijn kan ieder lid deze rekening en verantwoording in rechte __
van het bestuur vorderen. __________________________________________________________________
3. Het bestuur is verplicht de bescheiden bedoeld in de leden 1 en 2, zeven (7) jaren
lang te bewaren. _____________________________________________________________________________
Artikel 13. _________________________________________________________________________________________
Vertegenwoordiging. ____________________________________________________________________________
1. De vereniging wordt in en buiten rechte vertegenwoordigd door het bestuur, ______
danwel door twee bestuursleden gezamenlijk, te weten de voorzitter en de ________
secretaris, danwel de voorzitter en de penningmeester. ________________________________
2. Met in achtneming van het hiervoor in lid 1 bepaalde, kan het bestuur personen __
machtigen de vereniging (incidenteel en slechts voor een afzonderlijke ____________
rechtshandeling) te vertegenwoordigen.__________________________________________________
3. Een bestuurder die direct of indirect een persoonlijk belang heeft dat tegenstrijdig
is met het belang van de vereniging is niettemin, met inachtneming van lid 1, _____
bevoegd de vereniging te vertegenwoordigen. Hij neemt echter niet deel aan de __
beraadslagingen en besluitvorming binnen het bestuur over het desbetreffende ____
7
onderwerp. Indien het bestuur daardoor geen besluit kan nemen, wordt het besluit
genomen door de Algemene Vergadering. ______________________________________________
Artikel 14. _________________________________________________________________________________________
Algemene vergaderingen. _______________________________________________________________________
1. Een vergadering heeft de status van Algemene Vergadering indien aan alle leden,
genoemd in artikel 4, een convocatie, op papier of met behulp van elektronische _
communicatiemiddelen, is toegezonden binnen een termijn van minstens zeven __
dagen vóór de vergaderdatum. ____________________________________________________________
2. De Algemene Vergadering worden bij voorkeur fysiek gehouden, maar kan, ______
indien de betreffende situatie daar met voldoende argumentatie om vraagt, ook via
elektronische communicatiemiddelen gehouden worden, danwel een combinatie _
van beiden. ___________________________________________________________________________________
3. De convocatie geschiedt door de secretaris en dient in ieder geval de datum, ______
plaats, aanvangstijdstip en agenda van de vergadering te vermelden. Bij de ________
convocatie wordt tevens vermeld of toepassing wordt gegeven aan de ______________
mogelijkheid om door middel van een elektronisch communicatiemiddel deel te _
nemen aan de vergadering en eventuele aanvullende voorwaarden die daarbij _____
gelden. ________________________________________________________________________________________
4. Uiterlijk zes maanden na afloop van het verenigingsjaar moet de jaarvergadering,
als bedoeld in artikel 48, boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, worden gehouden. _
De jaarvergadering is een Algemene Vergadering. _____________________________________
5. Op de jaarvergadering dienen minimaal de volgende punten te worden behandeld:
a. de notulen van de voorgaande Algemene Vergadering; ___________________________
b. het verslag van het bestuur over de gang van zaken in de vereniging en haar _
werkzaamheden in het afgelopen verenigingsjaar;_________________________________
c. de rekening en verantwoording van de penningmeester; __________________________
d. het verslag van de kascommissie; ___________________________________________________
e. de aftreding van het bestuur en de bestuursverkiezing; ___________________________
f. de benoeming van een kascommissie. _______________________________________________
Is niet eerder een separate begrotingsvergadering gehouden, dan dienen ook nog _
de volgende punten te worden behandeld: _______________________________________________
g. de begroting voor het komende verenigingsjaar;___________________________________
h. vaststellen van de hoogte van de jaarlijkse contributie voor het volgende _____
verenigingsjaar. ________________________________________________________________________
Goedkeuring van de stukken genoemd in de punten a tot en met i van dit lid strekt
het bestuur tot volledige decharge. ________________________________________________________
6. Algemene vergaderingen worden belegd zo dikwijls het bestuur het wenselijk ____
oordeelt. ______________________________________________________________________________________
Wanneer ten minste een/vijfde van het aantal stemgerechtigde leden het bestuur __
schriftelijk, onder opgave van de te behandelen onderwerpen, daartoe verzoekt is
het bestuur verplicht tot het bijeenroepen van een Algemene Vergadering op een _
termijn van niet langer dan vier weken na indiening van het verzoek. _______________
Onder schriftelijk ook te verstaan het gebruik van door de vereniging ______________
geaccepteerde elektronische communicatiemiddelen. __________________________________
Indien het bestuur niet binnen veertien dagen na ontvangst van dat verzoek _______
daaraan gevolg heeft gegeven, zijn de aanvragers bevoegd zelf een Algemene ____
Vergadering bijeen te roepen. _____________________________________________________________
7. De vergaderingen worden geleid door de voorzitter van de vereniging of diens ___
8
plaatsvervanger. _____________________________________________________________________________
8. Van het verhandelde in elke vergadering worden door de secretaris of diens ______
plaatsvervanger notulen gemaakt, die door de voorzitter en de secretaris worden _
ondertekend. ________________________________________________________________________________
9. Aan de Algemene Vergadering komen in de vereniging alle bevoegdheden toe die
niet door de wet of de Statuten aan het bestuur zijn opgedragen. _____________________
Artikel 15. _________________________________________________________________________________________
Commissies. ______________________________________________________________________________________
1. De Algemene Vergadering en het bestuur kunnen commissies benoemen die de __
Algemene Vergadering en/of het bestuur in hun taak behulpzaam zijn.______________
2. Jaarlijks benoemt de Algemene Vergadering een kascommissie van ten minste één
lid en één reservelid, die geen deel van het bestuur mogen uitmaken. De ___________
kascommissie onderzoekt de rekening en verantwoording van het bestuur, ________
controleert de bezittingen van de vereniging en brengt de Algemene Vergadering
schriftelijk verslag uit van haar bevindingen. ___________________________________________
Artikel 16. _________________________________________________________________________________________
Stemrecht in de Algemene Vergadering. ______________________________________________________
1. Alle gewone, buitengewone en ereleden vanaf een leeftijd van zestien jaren zijn __
tijdens de Algemene Vergadering gerechtigd bij iedere stemming elk één stem uit
te brengen. Het stemrecht voor minderjarige leden wordt uitgeoefend met _________
toestemming van hun wettelijk vertegenwoordiger(s). _________________________________
2. Stemgerechtigde leden kunnen in de Algemene Vergadering hun stemrecht _______
uitoefenen door middel van een elektronisch communicatiemiddel. Het bestuur __
kan hieraan nadere voorwaarden verbinden of besluiten dat deze mogelijkheid ___
voor een bepaalde Algemene Vergadering niet wordt geboden. ______________________
3. Voor de toepassing van het stemmen door middel van een elektronisch ____________
communicatiemiddel draagt het bestuur ervoor zorg dat de stemgerechtigde via het
elektronisch communicatiemiddel kan worden geïdentificeerd, rechtstreeks kan __
deelnemen aan de vergadering en het stemrecht kan uitoefenen. _____________________
4. Een stemgerechtigd lid kan aan een andere stemgerechtigde een schriftelijk óf ____
elektronisch vastgelegde volmacht verlenen tot het uitbrengen van zijn stem. Deze
volmacht moet ter vergadering aan de secretaris worden overhandigd. ______________
Een stemgerechtigd lid mag maximaal twee volmachten accepteren. ________________
5. Een lid kan ook van zijn stemrecht gebruik maken door vóórafgaand aan de ______
Algemene Vergadering schriftelijk of elektronisch zijn stem uit te brengen. Deze
schriftelijke dan wel elektronische stem dient ten minste drie dagen vóór de _______
vergadering bij de secretaris te zijn ingediend. __________________________________________
Artikel 17. _________________________________________________________________________________________
Besluiten in de Algemene Vergadering. _______________________________________________________
1. Besluiten worden, behoudens het bepaalde in de artikelen 21 en 22 van deze ______
Statuten, bij gewone meerderheid van de geldig uitgebrachte stemmen genomen.
Blanco of ongeldige stemmen worden als niet uitgebracht aangemerkt. _____________
2. Het stemmen geschiedt mondeling of bij handopsteken tenzij één van de leden om
een schriftelijke stemming verzoekt. De gang van zaken bij een schriftelijke ______
stemming wordt geregeld in het Huishoudelijk Reglement. ___________________________
3. Als de Algemene Vergadering via een elektronisch communicatiemiddel wordt __
gehouden, dan zal de stemming ook via een elektronisch communicatiemiddel ___
plaatsvinden. Wanneer er dan om een schriftelijke stemming wordt gevraagd zal _
9
er gebruik gemaakt moeten worden van een digitaal hulpmiddel waarmee de _____
geheimhouding wordt gewaarborgd. Het staat het bestuur echter ook vrij om te ___
besluiten dat er bij een online vergadering alleen hoofdelijk gestemd kan worden,
danwel zowel hoofdelijk als via elektronisch communicatiemiddelen. _______________
4. Bij staking van de stemmen beslist de voorzitter van de vergadering. ________________
Artikel 18. _________________________________________________________________________________________
Geldmiddelen. ____________________________________________________________________________________
1. De geldmiddelen van de vereniging bestaan uit: ________________________________________
a. contributies van de leden, waarbij ereleden zijn vrijgesteld van ________________
contributiebetaling; ____________________________________________________________________
b. bijdragen van donateurs; ______________________________________________________________
c. eigen bijdragen en inschrijfgelden; __________________________________________________
d. sponsorbijdragen; ______________________________________________________________________
e. schenkingen, subsidies; _______________________________________________________________
f. erfstellingen of legaten; _______________________________________________________________
g. andere inkomsten. _____________________________________________________________________
2. De wijze van inning van de contributies en de minimale bijdrage van de ___________
begunstigers wordt bepaald in het Huishoudelijk Reglement. _________________________
3. Over het aanvaarden van erfstellingen beslist het bestuur. Zij mogen niet anders _
dan onder het voorrecht van boedelbeschrijving worden aanvaard. __________________
Artikel 19. _________________________________________________________________________________________
Wanbetaling. ______________________________________________________________________________________
Een lid dat meer dan zes maanden achter is met zijn contributiebetaling respectievelijk
bijdrage en ondanks herhaalde aanmaning verzuimt deze achterstand aan te zuiveren,
wordt geacht zich aan wanbetaling schuldig te maken. ______________________________________
Artikel 20. _________________________________________________________________________________________
Reglementen. _____________________________________________________________________________________
1. Het bestuur stelt de nodige reglementen vast ter uitwerking van deze Statuten en _
Wet- en Regelgeving. ______________________________________________________________________
Die reglementen mogen niet in strijd zijn met de Wet, ook waar die geen __________
dwingend recht bevat, noch met de Statuten. ____________________________________________
2. Het Huishoudelijk Reglement regelt de toepassing van de bepalingen van deze ___
Statuten evenals de verdere inrichting en alle werkzaamheden van de vereniging. _
Artikel 21. _________________________________________________________________________________________
Wijziging Statuten._______________________________________________________________________________
1. In de Statuten van de vereniging kan geen verandering worden gebracht dan door
een besluit van de Algemene Vergadering, waartoe is opgeroepen met de _________
mededeling dat aldaar wijziging van de Statuten zal worden voorgesteld. ___________
2. De woordelijke tekst van de wijziging dient bij de oproep voor de vergadering te
zijn gevoegd. ________________________________________________________________________________
3. Een voorstel tot wijziging van de Statuten kan alleen worden aangenomen indien
ten minste twee/derde van de stemgerechtigde leden aanwezig of ___________________
vertegenwoordigd is en behoeft om te worden aangenomen een meerderheid van _
ten minste twee/derde van de uitgebrachte geldige stemmen. _________________________
Wordt het quorum niet gehaald, dan wordt - binnen een termijn van minimaal ____
twee tot maximaal zes weken na de eerste vergadering - een nieuwe Algemene ___
Vergadering gehouden waarin geen quorum is vereist. ________________________________
4. De Algemene Vergadering benoemt de persoon of personen die tot het verlijden _
10
van de akte van Statutenwijziging bevoegd is of zijn. __________________________________
Artikel 22. _________________________________________________________________________________________
Ontbinding van de vereniging. _________________________________________________________________
1. Een voorstel tot ontbinding van de vereniging kan alleen in een Algemene ________
Vergadering, daartoe in het bijzonder opgeroepen, worden behandeld. ______________
2. Het voorstel tot ontbinding kan alleen worden aangenomen indien ten minste _____
drie/vierde van de stemgerechtigde leden aanwezig of vertegenwoordigd is en ____
behoeft om te worden aangenomen een meerderheid van ten minste vier/vijfde van
de uitgebrachte geldige stemmen. _________________________________________________________
Wordt het quorum niet gehaald, dan wordt - binnen een termijn van minimaal ____
twee tot maximaal zes weken na de eerste vergadering - een nieuwe Algemene ___
Vergadering gehouden waarin geen quorum is vereist. ________________________________
3. De stemming dient bij ongetekende briefjes te geschieden. ___________________________
4. Ingeval van ontbinding wordt over de bezittingen van de vereniging beschikt op _
de door de Algemene Vergadering vast te stellen wijze, dat met inachtneming van
het bepaalde in Artikel 23 Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek. ______________________
Artikel 23. _________________________________________________________________________________________
Slotbepalingen. __________________________________________________________________________________
1. Alle officiële mededelingen van de vereniging worden bekend gemaakt op de ____
website van de vereniging of op een andere door het bestuur bepaalde wijze. ______
2. Onder oproepen, bijeenroepen, (schriftelijke) uitlating of mededeling of ___________
kennisgeving wordt tevens verstaan: een bericht per e-mail aan het e-mailadres dat
door het lid voor dit doel is opgegeven, waarbij geldt dat het lid uitdrukkelijk heeft
ingestemd om zodanige berichten langs deze weg te ontvangen. Leden die deze __
informatie niet op deze wijze wensen te ontvangen krijgen deze fysiek _____________
(schriftelijk). _________________________________________________________________________________
3. Onder ter inzagelegging wordt (mede) verstaan: toegankelijk maken voor de leden
op de website of enig andere via een elektronisch communicatiemiddel te bereiken
plaats van de vereniging, danwel fysiek op het kantooradres van de vereniging. ___
4. Onder schriftelijk wordt in deze statuten verstaan elk via de gangbare ______________
communicatiekanalen overgebracht bericht, waarvan uit geschrift blijkt. ___________
5. Onder bijeenkomst of vergadering wordt verstaan een bijeenzijn van meerdere ___
personen die met elkaar spreken, waaronder naast lijfelijk bijeenzijn tevens wordt
verstaan het deelnemen aan het gesprek via telefoon of elektronisch ________________
communicatiemiddel, mits de identiteit van de niet-lijfelijk aanwezige(n) __________
voldoende kan worden vastgesteld en dit door de fungerend voorzitter _____________
goedgekeurd wordt en in notulen of het verslag daarvan melding wordt gemaakt. _
6. In alle gevallen waarin de statuten, het huishoudelijk reglement of ander reglement
niet voorzien, beslist het bestuur. _________________________________________________________
SLOTVERKLARING ___________________________________________________________________________
Ten slotte verklaarden de comparanten, handelend als gemeld, dat het bestuur van de _
vereniging thans bestaat uit acht bestuurders, met achter hun naam hun vermelde ______
functie, ____________________________________________________________________________________________
te weten: ___________________________________________________________________________________________
1. de heer Adrianus Johannes Beens voornoemd, als voorzitter; _______________________
2. de heer Johannes Hermanus den Oudsten, geboren te Bodegraven op zeventien
juli negentienhonderd negenentachtig, als penningmeester; ___________________________
3. de heer Pieter van Kooten, voornoemd, als tweede penningmeester; _______________
11
4. mevrouw Hendrika Jorina Victoria van der Linden, geboren te Gouda op _____
zeventien oktober negentienhonderd zesennegentig, als secretaris; ___________________
5. mevrouw Sharona van der Meij, geboren te Leiderdorp op vierentwintig april __
negentienhonderd zevenennegentig, als tweede secretaris; ____________________________
6. de heer Adrianus Cornelis Joseph Boekhorst, geboren te Bodegraven op tien __
september negentienhonderd eenenzestig, als algemeen bestuurslid; _________________
7. de heer Gijsbert de Ruiter, geboren te Waddinxveen op eenentwintig juni _______
negentienhonderd drieënvijftig, als algemeen bestuurslid; _____________________________
8. de heer Marcel Dick Harmsma, geboren te Leiden op vierentwintig december __
negentienhonderd negenenzestig, als algemeen bestuurslid;___________________________
De comparanten zijn mij, notaris, bekend, en hun identiteit is door mij, notaris, ________
vastgesteld aan de hand van daartoe bestemde documenten. _______________________________
WAARVAN AKTE, is verleden te Bodegraven, gemeente Bodegraven-Reeuwijk, op
de datum in het hoofd van deze akte vermeld. ________________________________________________
Na zakelijke opgave en toelichting van de inhoud van deze akte aan de comparanten _
hebben deze verklaard van de inhoud van de akte te hebben kennisgenomen, daarmee
in te stemmen en op volledige voorlezing daarvan geen prijs te stellen. __________________
Vervolgens is de akte na beperkte voorlezing door de comparanten en mij, notaris, ____
ondertekend. ______________________________________________________________________________________
(Volgt ondertekening)
UITGEGEVEN VOOR AFSCHRIFT: